Dijk als bleek

[Over: Peter Nijhof e.a., Dijken in Nederland]

In de kinderjaren van de landschapsfotografie werd er menig tractaat over geschreven: de verschillende belichtingstijden voor land en lucht. Had je het land doortekend dan was de lucht steevast egaal en wit (want overbelicht), had je de lucht goed dan was het land nog lang niet 'af'.

De oplossing werd gewoonlijk gezocht in het maken van aparte negatieven voor beide beeldonderdelen, die nadien bij het afdrukken weer samengevoegd konden worden. Vandaag de dag bieden allerhande filters uitkomst, en mocht de werkelijkheid ook dan nog wolkenloos blauw, grijs of wit blijven, dan is er altijd nog de computer.

De tien studenten aan de Amsterdamse Rietveld Academie die vorig jaar hun oog lieten gaan over de Nederlandse zee- en rivierdijken moeten de wereld zonder dergelijke hulpmiddelen tegemoet getreden hebben, want niet zelden is er van de lucht in hun foto's weinig meer overgebleven dan een plat, leeg vlak. En ook al is dat het enige minpuntje in de vierenveertig panoramische overzichtsfoto's in het boekje Dijken in Nederland, jammer is het wel. Lekkere, stevige wolkenluchten zouden het oerhollandse cachet van de opgenomen landschappen ongetwijfeld danig hebben versterkt.

Dijken staat, hoe kan het ook anders, in het teken van de waterkering. Het aardige van het boek is evenwel dat het niet zozeer het heroïsche als wel het alledaagse karakter van de dijk benadrukt, die wordt getoond als uitkijkpost voor dagjesmens, als achtertuin of schapenlandje. Of, zoals op deze foto van de Kamperzeedijk/Venerietedijk bij Genemuiden: als bleek. Al is het lang niet altijd pais en vree, getuige ook de laatste foto uit het boek, gemaakt van een Limburgse nooddijk tijdens de watersnood van januari vorig jaar. 'Industrieel archeoloog' Peter Nijhof voorzag Dijken van een korte historische inleiding, Willem van Zoetendaal stelde het boek samen. [NRC Handelsblad, 27jan1996]