'Goede fotografie is van nature conservatief'

[Gesprek met Han Singels, over Voorbij het vijftigste herdenkingsjaar, Joods Historisch Museum, Amsterdam]

Als er een ding opvalt aan de foto's die Han Singels de afgelopen twee jaar maakte van de joodse cultuur en geloofsbeleving in Amsterdam dan is het de rust die ze uitstralen. Het is niet de stilte van de bloemen bij het oorlogsmonument aan de Apollolaan of van de roerloze menigte tijdens de dodenherdenking op de Dam. Evenmin is het de ingetogenheid van een biddende man of de vredigheid van uitgestalde etrogiem voor Loofhuttenfeest. Het is een rust die schuilgaat in de foto's zélf.

Telkens weer lijken ze met zeldzaam geduld uit de gebeurtenissen gedestilleerd; terloops maar met een vanzelfsprekende elegantie.

Neem de foto die hij in april van dit jaar maakte van een maaltijd tijdens de 21ste Europese Sijoem Misjnajot, de internationale jeugdcompetitie kennis-van-de-leer. Meer dan 500 kinderen waren er, en dat doet een uitgelaten meute verwachten, op van de reis en de zenuwen. Maar op Singels' foto valt daarvan niets te bespeuren: hij laat slechts een lange tafel zien bezaaid met thora-teksten en eten op koshere plastic bordjes. Aan de ene kant zit een rij bebaarde mannen met hoeden, aan de andere kant één bedremmeld jongetje - maar wie goed kijkt, ziet dat die zijn handen onder zijn bovenbenen heeft gestopt, anders zou hij er toch maar mee wapperen.

Voorbij het vijftigste herdenkingsjaar, heet de tentoonstelling waarop deze foto samen met tachtig andere te zien is en die vandaag opent in het Joods Historisch Museum in Amsterdam ter gelegenheid van het vijftigjarig jubileum van het Joods Maatschappelijk Werk. Tegelijkertijd verschijnt er een boekje van Singels' hand onder de titel Indruk. Amsterdam 5757 (het joodse jaar 1996), mooi vormgegeven door Henri Lucas en met een stofomslag van de schilder Eli Content. De uitgave kon verschijnen dankzij de eveneens jubilerende Cefina, de Centrale Financieringsactie voor joods sociaal werk in Nederland.Op de keper beschouwd is het natuurlijk een foto waar kraak noch smaak aan is, zegt de 54-jarige fotograaf, sprekend over zijn Sijoem Misjnajot-foto. Gewoon wat mensen etend aan een tafel, meer niet. Maar eenvoud en alledaagsheid was nadrukkelijk zijn bedoeling.

Singels: Je verliest je bij een onderwerp als dit maar al te gemakkelijk in het uitzonderlijke en het theatrale. Maar daarmee doe je het geen recht. Want het gaat over leven, over wat er is, en niet over wat je daar als fotograaf voor moois van kunt maken. Vandaar dat hij ook een zo breed mogelijk beeld wilde geven; religieuze gebeurtenissen maar ook het joodse voetbaltoernooi, een huwelijk, maar ook de bijeenkomst van een vriendenkring op seideravond. Alleen bij mensen thuis fotografeerde hij nauwelijks: De openbare kanten van die cultuur, daar gaat het om. Niet de private beleving.

Deze bescheiden, maar geëngageerde opstelling en het recht doen aan het onderwerp zijn kenmerkend voor Singels, die als politiek en 'sociaal' fotograaf jarenlang gezichtsbepalend was voor De Groene Amsterdammer en die tweemaal een documentaire opdracht uitvoerde van het Rijksmuseum ('De Verkiezingen' in 1977, 'De Jongeren' in 1984).

Want hoewel de toon van zijn werk ontegenzeggelijk is veranderd sinds hij in het midden van de jaren tachtig stopte met het jachtige krantenwerk, de journalistieke inslag ervan is onmiskenbaar gebleven. Artistieke ensceneringen en het nadrukkelijk willen aanbrengen van een persoonlijk visueel stempel, bleven hem allemaal vreemd. Ik ben er nu eenmaal van overtuigd dat goede fotografie van nature conservatief is. Alleen dan behoudt het na jaren zijn kracht.

Al heeft Singels zelf geen joodse achtergrond, de cultuur is hem allerminst vreemd. Het is vergroeid geraakt met mijn leven. De generatie die me heeft opgeleid als fotograaf bestond voor een belangrijk deel uit joodse mensen. In het links intellectuele klimaat van de jaren zestig en zeventig speelden zij een belangrijke rol.

Van het een kwam het ander zegt hij. De 4 mei-herdenking was een collectieve aangelegenheid, jarenlang vierde ik iedere zaterdag sabbat met vrienden zoals Eli Content. Ik mocht mee naar Poerimfeesten, trouwerijen en de sjoel. Inmiddels geldt hij min of meer als de huisfotograaf van zowel het Joods Historisch Museum als de Portugees-Israëlitische gemeente.

Maar hij blijft, realiseert hij zich, onvermijdelijk een buitenstaander. Joodse mensen zullen ongetwijfeld vinden dat er meer aan vast zit dan er uit mijn foto's af te leiden valt. Er zullen zaken zijn die ik lang niet altijd heb kunnen doorgronden.En al fotograferend glipt er ook iets door je handen, zegt hij. Scherp realiseerde hij zich dit toen hij de begrafenis vastlegde van Dr. Baruch, de voorzitter van het Portugees-Israëlitisch Kerkgenootschap. Er werden gebeden opgezegd, in die trage deinende beweging die daarbij hoort. Ik stond in de menigte en werd er onvermijdelijk in meegenomen. En ineens dacht ik - dit alles is duizenden jaren oud. Dat valt niet vast te leggen. [NRC Handelsblad, 12dec1996]