Zwoel bedoeld

[Over Helmut Newton: Pola Woman, Karl Lagerfeld: Off the Record, en David Bailey: The Lady is a Tramp]

Vrouwen, mode, glamour, naakt. Die ingrediënten leveren al gauw een explosief mengsel op, zeker in de fotografie waarin ze als in geen ander medium met elkaar vermengd kunnen worden. Binnen de kortste keren voeren de fatsoensrakkers en de politiek correcten het hoogste woord, en vallen er woorden als seksistisch, vrouwonvriendelijk en pornografie. De discussies zijn vaak even oppervlakkig en effectbelust als de fotografie waarover het gaat.
Helmut Newton, inmiddels 75, is een van die fotografen die regelmatig de mestkar over zich krijgt uitgestort. 'Ceremoniemeester van het sadomasochisme' heette hij vorig jaar in een artikel van Alice Schwartzer, hoofdredacteur van het Duitse feministische tijdschrijft Emma, en dat was nog een van de vriendelijkste typeringen. Ter staving van haar betoog drukte ze zonder te betalen negentien foto's van hem af, en kreeg prompt een proces aan haar broek.
Pola Woman heet Newtons laatst verschenen boek, een verzameling met Polaroid camera's gemaakte opnames uit de jaren zeventig en tachtig. De foto's werden gemaakt als proefopnamen, en missen daarom het gestileerde karakter van het 'echte' werk, maar voor de portee maakt het niet uit. Billen, borsten, schaamhaar: voor- en tegenstanders vinden hun verwachtingen weer beantwoord. De fotograaf figureert overigens ook zelf regelmatig in zijn eigen foto's, onveranderlijk gekleed in een lange regenjas; ook dat zou je vooroordeelbevestigend kunnen noemen.
In de bijschriften heeft Newton het regelmatig over zijn 'favoriete meisjes'. Maar hier en daar bekent hij ruiterlijk dat hij de naam kwijt is. Geen wonder: naakt lijken ze allemaal op elkaar. Net als de foto's.
Niet dat het er meer gekleed beter op hoeft te worden. Neem Off the Record van modeontwerper/fotograaf Karl Lagerfeld. Krijgen we, zoals de titel suggereert, hier iets te zien wat we eigenlijk niet zouden mogen zien? Welnee. Off the Record is een allegaartje: snapshots van Lagersfelds Parijse huizen, triviale landschapjes en tamelijk geijkte (zwart, onscherp en bewogen) modefotografie. Zwoel en decadent is de bedoeling, maar allemaal zo dik aangezet dat het lachwekkend wordt.
Soms is het een en ander gecombineerd tot een verhaaltje, zoals de 'foto-novelle' Nix, een serie denkbeeldige filmstills waarin de o zo brave Greta en Hans afreizen naar Berlijn. Zij duikt in het nachtleven, hij in de studieboeken. Dat gaat mis. Maar gelukkig, net op tijd komt ze tot inkeer en samen met Hans... Een persiflage op een driestuiverroman? Niks ervan: Nix heet een allegorie te zijn op de Duitse cultuur.
Onder de foto's bevinden zich ook enkele van de door Lagerfeld zo bewonderde hertogin van Windsor. Goede botten en een groot hoofd verleenden haar persoonlijkheid, schrijft hij. Maar: 'We zullen nooit weten wat ze werkelijk dacht of voelde'. Zelfs off the record heeft Lagerfeld niets te melden.
Kan het ook anders? Jawel. Neem David Bailey, de fotograaf die model stond voor de hoofdpersoon in Antonioni's legendarische film Blow Up. Ook Bailey is niet vies van het erotisch naakt, maar in zijn geval is het slechts een onderdeel van zijn fotografische bereik, zoals hij twee jaar geleden nog eens bewees met zijn portretten en stillevens in If we Shadows, een obsessief boek over vergankelijkheid en dood. Het vertoont overeenkomsten met Richard Avedons veel geprezen visuele autobiografie, maar waar de Amerikaan als bon ton geldt, heet Bailey vooral vulgair te zijn. En wat wil je ook als je foto's maakt waarop (om maar eens wat te noemen) twee in zwart kant gehulde vrouwen met elkaar doende zijn op een hoogpolig tapijt?
Toch hoort Bailey meer thuis in het gezelschap van Avedon dan in dat van Newton en Lagerfeld. Hij is allereerst een uitstekend fotograaf, die zeer subtiel omgaat met pose en expressie. En het gaat hem niet om het plaatje, maar om de betekenis. Zo maakte hij bijvoorbeeld ooit een uiterst effectieve anti-bont reclame, waarin een met een bontstola getooide vrouw een bloedspoor achterlaat op straat.
In The Lady is a Tramp (naar het liedje van Lorenz Hart en Richard Rogers) laat Bailey de vrouw zien in haar verschillende archetypische rollen - moeder, verleidster, hoer. Het bijzondere is dat het daarbij steeds om één en dezelfde persoon gaat: fotomodel Catherine Bailey, vrouw van de fotograaf en moeder van zijn drie kinderen. Ze is verleidelijk, fotomodel, mooi, geil, zakelijk, zwanger, het onderwerp van zijn adoratie; inderdaad 'all things to all men', zoals Hart en Rodgers dichtten.
Al wordt het idee hier en daar een beetje dwarsgezeten door het feit dat de foto's voor heel andere doeleinden gemaakt zijn - een naaktfoto ziet er in alle opzichten anders uit dan die van een bevalling of van een creatie van Gaultier -, het resultaat blijft een verrassend en veelzijdig boek. Mét billen, borsten en schaamhaar, dat wel.
In de inleiding vraagt Fay Weldon aan Miss Bailey of ze zich niet gedegradeerd voelt tot object. Hoe kom je erbij, antwoordt ze: 'Ik ben degene die het heft in handen heeft.' Laten de Alice Schwartzers het maar niet horen. [NRC Handelsblad, 8sep1995]