Ineens waren er handen rond dat gezicht

De Amerikaanse fotografe Dayna Smith won de World Press Photo met haar foto van een huilende Kosovaarse vrouw. ,,Hoewel ik niet zo'n egomaniak ben te denken dat mijn foto de doorslag heeft gegeven bij de huidige bombardementen, heeft ze wel een rol gespeeld.''

Het winnen van World Press Photo schept verplichtingen. Sinds ze afgelopen donderdag in Amsterdam arriveerde is Dayna Smith vrijwel aan één stuk door in touw geweest. Interviews, sponsorfeestjes, het bijwonen van een debat, de inrichting van een kleine solotentoonstelling in de Nieuwe Kerk: de vermoeidheid is van haar gezicht af te lezen.

Smith (Texas, 1952) is allesbehalve het prototype van een newsgetter. Ze heeft een tenger postuur, gaat verzorgd gekleed in gedempte kleuren. Ze zou die vriendelijke mevrouw uit de boekhandel kunnen zijn of de rector van een middelbare school. Maar zeker niet iemand die de burgeroorlogen in Midden-Amerika verslaat, een cholera-epidemie in Zuid-Amerika of rassenrellen in Los Angeles. Aan de andere kant: het kost weinig moeite je voor te stellen hoe ze al werkend kan verdwijnen in haar omgeving - een bruikbare eigenschap voor een fotograaf die het moet hebben van zoals ze zelf zegt `cruciale momenten uit andermans leven'. Want een eigen herkenbare stijl heeft ze niet, vindt ze. ,,Ik geloof niet dat er zoiets bestaat als een Dayna Smith-foto. Al weet ik niet of dat erg is. Als je je te veel zorgen maakt over zaken als stijl of compositie dan raak je je edge kwijt. En daar moet een fotojournalist het van hebben.''

Haar prijswinnende foto waarvoor ze vanavond in de Nieuwe Kerk in Amsterdam uit handen van minister van Ontwikkelingssamenwerking Eveline Herfkens de Golden Eye-trofee krijgt, maakte ze in november vorig jaar in Kosovo. Het is een bijna bijbels weduwentafereel, gemaakt tijdens de begrafenis van een omgekomen commandant van het Kosovo Bevrijdingsleger.

Smith maakte de foto tijdens een twee weken durende opdracht van The Washington Post, de krant waaraan ze sinds 1985 als staffotograaf verbonden is. Maar de foto haalde de krant pas nadat ze was uitverkoren tot World Press nieuwsfoto van 1998. Smith: ,,Mijn foto's waren bedoeld bij een achtergrondverhaal over de situatie in Kosovo. Maar de journalist maakte er een verhaal van over één familie in één dorp. Dus vond de redactie buitenland mijn foto niet passend genoeg. Het is een stevige ruzie geworden. Ik verloor. Maar nu heb ik alsnog gewonnen.''

Het moment van de foto staat in haar geheugen gegrift. ,,Ik was die dag zonder succes op zoek geweest naar een groep vluchtelingen die ergens in de bergen verstopt zou zitten. Op de terugweg besloot ik langs Izbica te gaan, waar de vorige dag een vuurgevecht tussen het Servische leger en de UÇK had plaatsgevonden. Ik kwam op een veld waar enkele honderden mensen rondliepen, veel in uniform. Het was een uur of twee 's middags. Het regende. Plotseling maakte zich uit de menigte een groepje los rond een hevig geëmotioneerde vrouw. De anderen besloten naar het graf te gaan, maar mijn intuïtie zei me te wachten. Achter me stortte een soldaat in die door twee kameraden overeind werd geholpen. Daar maakte ik een foto van. Toen ik me omdraaide waren er ineens allemaal handen rond dat vrouwengezicht, een hand ging naar haar kin. Ik zag het gebeuren en in een reflex drukte ik af.''

Direct daarna verspreidde de menigte zich: ,,Het heeft al met al nog geen tien minuten geduurd.'' Tegen haar gewoonte in heeft ze geen woord kunnen wisselen met de vrouw of de andere mensen op de foto. Pas na haar onderscheiding kwam ze via haar Kosovaarse tolk de naam van de vrouw te weten: Ajmane Aliu, dertig jaar, moeder van zes kinderen. Normaliter zal ze altijd zelf voor de namen zorgen: ,,Een naam legitimeert een foto. Je laat blijken dat het er eerlijk aan toe is gegaan en het maakt een foto in principe controleerbaar.''

Smith was van jongsafaan in journalistiek geïnteresseerd. ,,Ik vond het een nobel beroep. Je kunt onrecht aan de kaak stellen, mensen een stem geven, iets veranderen.'' Pas toen ze op de universiteit voor het eerst een camera in handen kreeg, ontdekte ze de fotografie: ,,De creatieve kant sprak me aan en het past beter bij de onrust die me eigen is. Ik kan niet te lang stilzitten achter een bureau.''

Ondanks haar succes (ze werd ook in Amerika al diverse malen onderscheiden voor haar werk) relativeert ze na twintig jaar nieuwsfotografie haar oorsponkelijke drijfveren. ,,In Kosovo is sinds ik mijn foto maakte niet veel ten goede veranderd. Hoewel ik niet zo'n egomaniak ben te denken dat mijn foto de doorslag heeft gegeven bij de huidige bombardementen, heeft ze wel een rol gespeeld. Daarmee ben ik medeverantwoordelijk voor wat er daar gebeurt. En ik durf best te bekennen dat me dat niet lekker zit.'' [NRCH, 19apr1999]