Levensvreugde

Edouard Boubat, 1923-1999

Zoals Robert Doisneau de maker is van De Kus, Henri Cartier-Bresson voor altijd geassocieerd zal worden met het picknickende gezin aan de oevers van de Marne en André Kertèsz met de bloemen in Mondriaans atelier, zo is ook Edouard Boubat, die, naar nu pas bekend is geworden, vorige week woensdag op 75-jarige leeftijd in Parijs overleed, vooral de fotograaf van één foto.

De foto, in 1947 gemaakt van een jonge vrouw gekleed in een doorschijnende kanten blouse waaronder ze een zwarte bh draagt, maakte hem op slag beroemd. Zeker in het Frankrijk van vlak na de oorlog waar de vrouw met haar wapperende haren en zelfverzekerde, veelbelovende uitstraling, onvermijdelijk associaties opriep met revolutionaire boegbeelden als Jeanne d'Arc en Marianne.

De vrouw in kwestie, bekend geworden onder haar voornaam Lella, was een vriendin van zijn zuster, en het vriendengroepje waartoe zij beiden behoorden, was een van Boubats eerste fotografische onderwerpen. `Ieder van hen was mooier dan de rest`, zei Boubat ooit in een interview. Jarenlang zou hij Lella blijven fotograferen; kort voor zijn dood wijdde Boubat in het Maison Européenne de la Photographie in Parijs zelfs een hele tentoonstelling aan haar foto's.

Die expositie was een dromerige, romantische aangelegenheid, vol zachte schaduwen, intieme doorkijkjes en beregende ruiten; een stijl die typerend was voor de naoorlogse Franse fotografie. Net als zijn generatiegenoten als Doisneau, Izis en Ronis maakte Boubat kunst uit momenten waarop niets gebeurt - vrouwen en kinderen op straat, bankjes in het park, vissers langs de waterkant. In de hooiberg van het dagelijks leven zocht hij naar de emotionele naalden, zei hij ooit.

Hoewel Boubat - hij kwam in de fotografie terecht dankzij een toevallige ontmoeting met de schilder Picasso die enthousiast was over zijn huis-tuin-en-keuken foto's - als staffotograaf van het tijdschrift Réalités werkte in meer dan dertig landen, maakte hij zijn mooiste foto's in zijn geboorteland Frankrijk. Daar vond hij het joie de vivre dat hij zocht, de expressiviteit die hij in zijn foto's kon verbinden met universele ervaringen; liefde, genegenheid, zorgzaamheid. Want als fotograaf zocht hij liever naar het goede dan het kwade in de mensen. Die humanistische benadering is inmiddels een zeldzaamheid geworden in de fotojournalistiek. Maar Boubat hield haar tot het eind van zijn leven vol. Niet voor niets gaf zij zijn laatste, in 1996 verschenen boek de titel mee La Vie est belle. [NRCH, 9jul1999]