Hoedje van papier [18] : Lot en hopeloosheid


‘Het feit, dat  Joseph Kutter een Luxemburger was, dat hij in de kleine hoofdstad van het Groothertogdom geboren en gestorven is, dat hij er heel zijn leven heeft doorgebracht - dit feit betekent meer dan alleen een biografisch gegeven, het omschrijft in zekere zin zijn kunst en verklaart zijn lot.’

In de catalogus bij zijn overzichtstentoonstelling in het Stedelijk Museum te Amsterdam, daarin staat het. In 1949 moet het geweest zijn. Want dát staat handgeschreven in het licht vergeelde catalogusje dat zomaar tussen de boeken te voorschijn glijdt. Schilder uit Luxemburg, zo heette de tentoonstelling.

Acht afbeeldingen op evenzovele pagina’s, twee pagina’s voor de sier, twee pagina’s voor de inleiding, vier pagina’s voor de lijst van geëxposeerde werken - schilderijen, gouaches, pastels, houtskooltekeningen, potloodtekeningen, pen- en papiertekeningen.
De eenvoud zelve dus, heel fijn. Op het omslag de reproductie van een clown met een trekharmonica. Clown, 1936. Die zou het kunnen zijn. Of Clown, 1937. Of Studie voor clown, ook uit 1937.
Eerste afbeelding: De man met de bezeerde vinger, 1930.
Vooruit, nog twee jaartallen: 1894 - 1941. Ook die staan in de catalogus.

‘Men zou kunnen zeggen, dat Joseph Kutter in al zijn vele portretten de hopeloosheid van de tijd waarin hij leefde, heeft uitgebeeld.’
In de recensie die tussen die handvol pagina’s tevoorschijn komt, daarin staat het. Nooit kwijtgeraakt, altijd weer een klein wonder zoiets. 
Het papier is geel, de krant heeft geen naam. De recensent wel: C. de Groot. 
Wij zoeken en vinden De Groots in de de geesteswetenschappen en de vishandel, het financieel advies en de glazenwasserij, het baggermaterieel en de houtagentuur. Maar niemand in de recensering rond 1949.

Wat betreft het lot en de hopeloosheid van de tijd baseren wij ons voor het nu volgende op de lijst der houtskooltekeningen. 

Kaartspeelster. Man met opgeheven rechterarm. Het Joodse jongetje, zittend. Meisje, zittend op een krukje. Zittende vrouw met boek. Vrouwenbuste, naar rechts. Studie voor de jongen met hobbelpaard. Zittende vrouw, op rug gezien. Staande man met opgestutte linker voet. Het Joodse jongetje, kop. Muschy, kop. Kop van een meisje. Vrouw met gevouwen handen. Huiswerk. Staand meisje, naar rechts. Stand meisje, van voren. Zittende jonge vrouw. Twee naakten. Huis. Rechter hand van een man. Rechter hand van een man. Vrouw, op rug gezien. Staand meisje, naar rechts. Zelfportret. Zittend meisje, leunend op elleboog. Drie figuren rond een tafel. Kaartspelers. Meisjeskop, naar links. De kunstenaar en zijn model. Meisjeskop, van voren. Zittend meisje. Jongenskop. De breister. Meisjeskop, naar beneden kijkend. Naakt. Zittende vrouw, breiend. Zittende vrouw, naar rechts.

Inderdaad welhaast een heel leven.
Daarbij kun je zeker ook denken aan een clown met een trekharmonica.

-----

Hoedje van papier verschijnt onregelmatig en wordt geschreven naar aanleiding van vondsten in de voorraad waardevol oud papier van antiquariaat Berger & de Vries in Groningen.
Hoedje van papier verschijnt (nog) niet op papier.
Aflevering 18 : augustus 2011