Wonderlijk, verbazingwekkend, eindelijk

[Over de verrassende veiling van de 'tweede collectie' Hartkamp. NRCH, 12nov2002]

Zelfs doorgewinterde verzamelaars krabden zich zo nu en dan verbaasd achter de oren tijdens de veiling van 240 foto's uit de tweede fotocollectie van Bert Hartkamp (1916-1999) die gisteren plaatsvond bij Sotheby's in Amsterdam. Tientallen buitenlandse kopers aan de telefoon én in de overvolle zaal, langdurige biedingen die hier en daar leidden tot verrassende prijzen: het waren onbekende taferelen op de tot nu toe enigszins zieltogende Nederlandse fotoveilingen.

Het eindresultaat was een opbrengst van bijna 640.000 euro - het hoogste bedrag ooit op een Nederlandse fotoveiling. Slechts 13 van de 240 kavels bleven onverkocht. De hoogste prijs werd betaald voor een naaktfoto uit 1949 van de Amerikaanse fotograaf Irving Penn, die voor 17.690 euro in handen kwam van een Franse handelaar.

Hoewel het zoals gewoonlijk vooral de beroemde foto's van beroemde fotografen waren die op veel belangstelling konden rekenen (de naakten van Bill Brandt, een gesolariseerd portret van Man Ray, het kussende paar op een Parijs' terras van Robert Doisneau) viel vooral de gretigheid op waarmee ook op internationaal minder aansprekende namen werd geboden. Bedragen van 3.000 tot 4.000 euro waren geen uitzondering voor foto's van Nederlandse fotografen als Gerard Fieret en Sanne Sannes, en met name uit Frankrijk bleek grote belangstelling voor het werk van Aart Klein.

Manfred Heiting, de Amsterdamse collectioneur die onlangs zijn vermaarde verzameling onderbracht in het Museum of Fine Arts in Houston, noemde de gang van zaken "Wonderlijk''. Zijn Amerikaanse collega Stephen White, tevens auteur van het voorwoord in de catalogus, mompelde halverwege dat hij zijn volgende veiling wellicht ook maar in Amsterdam moest houden.

Slechts een enkeling hield rekening met een dergelijk positief veilingresultaat. Deze tweede collectie van Hartkamp (hij begon met de aanleg ervan in 1985 na de verkoop van zijn eerste, inmiddels in het Stedelijk Museum en Rijksmuseum ondergebrachte verzameling) bestaat overwegend uit `latere drukken' en niet uit de gewoonlijk zo gewaardeerde `vintage prints' (oorspronkelijke afdrukken). De kopers bleken zich van het academische onderscheid weinig aan te trekken en lieten zich vooral leiden door de visuele kwaliteit van de klassieke, esthetische fotografie.

Over de oorzaken van het succes verschilden de meningen: ,,veilingkolder'', zei de een, ,,Het logische gevolg van de groeiende museale aandacht voor fotografie'', meende een ander. Ook Hartkamps status als verzamelaar zal een rol hebben gespeeld, evenals de opvallend lage richtprijzen die menig koopjesjager aantrokken.

Hoewel een groot deel van het aanbod naar het buitenland ging, werd opmerkelijk veel en duur ingekocht door Nederlandse verzamelaars, zoals een door Man Ray gemaakt portret van de Franse zangeres Juliette Gréco (12.200 euro) en De Kus van Robert Doisneau (11.590 euro). Al moest fotograaf, verzamelaar en handelaar Willem Diepraam met een vertwijfeld gebaar de handdoek in de ring gooien, biedend op het aanvankelijk voor een zeer schappelijke 1.400 tot 1.800 euro ingezette portret dat Robert Frank in 1961 maakte van zijn eerste vrouw Mary. Zoiets was hem in Nederland nog niet eerder gebeurd. Ondanks zijn verlies was hij enthousiast. ,,Verbazingwekkend! Eindelijk een échte fotoveiling.''
[Illustratie: Emmy Andriesse; Germaine Richier, 1948. Resultaten van de veiling hier]